dinsdag 31 mei 2016

De Palestijnse Tragedie: Hoe de Zionistische entiteit Palestina koloniseerde


Sedert 67 jaar voltrekt zich een ongekende tragedie in Palestina, waar een heldhaftig volk onderdrukt wordt door een vreemde bezettingsmacht; de zionistische entiteit. In dit eerste deel geven we een beknopt overzicht van de voorgeschiedenis van deze tragedie.



 
 
Opkomst van het Zionisme

Aan het einde van de 19de eeuw maakte Palestina nog deel uit van het Ottomaanse Rijk. De overgrote meerderheid van haar inwoners (98%) was Arabisch en hoofdzakelijk moslim. In die tijd was slechts 2% (!) van de bevolking Joods. Slechts 15% van deze Joodse bevolking oefenden een beroep uit, de meesten leefden op kosten van de 'kolelim' - Europese liefdadigheidsinstellingen die in Europa geld inzamelden voor de in Palestina levende Joden. Vanaf 1878 werden er verschillende kleine Joodse kolonies in Palestina gesticht. Voorlopig verontrustte dit de Palestijnen niet. Dit zou echter snel veranderen met de opkomst van het zionisme. In het Tsaristische Rusland braken eind 19de eeuw gewelddadige progroms uit. Als reactie hierop ontstond er onder de Oost-Europese Joden het zionisme.

De grondlegger van het zionisme is Theodor Herzl, die voor een eigen zuiver Joodse staat pleitte. Deze staat moest in Palestina gesticht worden door het land te koloniseren en zou zo "een bruggenhoofd voor Europa naar Azië (moeten) vormen, een bolwerk van de beschaving tegen de barbarij." Over het lot van de inheemse bevolking waren de zionisten duidelijk: "Men moet de plaatselijke bevolking geen werk geven, daarna moeten ze ongemerkt de grens over gezet worden." Deze zionistische plannen om van Palestina een zuiver Joodse staat te maken met behulp van het Westen, kregen vaste vorm tijdens het Zesde Zionistencongres in 1903. Franz Opperheimer verwoordde het als volgt: "We zullen een net van kolonies over het hele land spannen. Eerst de haken en sterke draden aan de randen, dan er sterke nerven doorheen weven en tenslotte het geheel ragfijn opvullen." Deze strategie zou later woordelijk gevolgd worden en is ook vandaag de dag nog de belangrijkste strategie in de bezette gebieden.


Theodor Herzl spreekt de menigte toe op het Zionistische Congres van 1903
 
 
Vanaf 1882 kwam de zionistische immigratie al goed op gang, in de vruchtbare kustvlakte kochten Joodse kolonisten grond op, meestal van grootgrondbezitters die buiten Palestina verbleven. Ze behandelden de Arabieren die er woonden wreed en vijandig. Voor de Palestijnen werd de aard van het zionisme al snel duidelijk en het Arabisch verzet tegen deze aankopen van land nam steeds meer toe. Tegelijkertijd begonnen de zionisten met de uitbouw van een staatsstructuur. De 'Zionistische Wereld Organisatie' richtte hiertoe drie organen op: de Jüdische Colonial Bank, het Joods Nationaal Fonds en het Opbouwfonds. Met deze organen wisten de zionisten langzaam maar zeker de grondstoffen en de energiebronnen in Palestina in handen te krijgen.

 
 
Het Zionisme en de Westerse machten

Om hun doelstellingen te bereiken zochten de zionisten steun bij de grote mogendheden in het Midden-Oosten. Van de Ottomanen kregen ze nooit veel hulp. Echter van Groot-Brittanië en Frankrijk (toen nog kolonisatoren van de regio) konden ze meer hulp verwachten. Aan de vooravond van de eerste wereldoorlog wilden de Britten maar wat graag het strategisch belangrijke Palestina op de Ottomanen veroveren. Het Ottomaanse rijk was in verval en de Westerse machten stonden te popelen om het gebied onder elkaar te verdelen. Daarom sloten Groot-Brittanië en Frankrijk in 1916 het Sykes-Picot Verdrag, waarmee ze het Midden-Oosten onder elkaar verdeelden. Een jaar later, in 1917, beloofde de Britse minister Lord Balfour, dat Groot-Brittanië de zionisten zou helpen met de stichting van een 'Joods nationaal tehuis' in Palestina (de Balfour verklaring).

Na de eerste wereldoorlog, in 1920, namen de Britten het bestuur van Palestina over van de Ottomanen. Zij steunden massaal de zionistische immigratie en tussen 1920 en 1939 verwieven de zionisten meer land, dan in de veertig jaar voor de oorlog. De Palestijnen verzetten zich zowel tegen het Britse mandaat als tegen de zionistische kolonisatie. In 1918 richtten zij in Jeruzalem de 'Unie van Islamitisch-Christelijke verenigingen' op om internationaal protest aan te tekenen tegen de zionistische kolonisatie.

De eerste grote confrontatie tussen zionisten en Palestijnen over Jeruzalem vond plaats in 1929. Op de Joodse feestdag Yom Kippoer marcheerde een zionistische militie naar de Tempelberg, waar o.a. de Islamitische Rotskoepelmoskee en de al-Aqsa moskee gesitueerd zijn. Bij de Klaagmuur probeerden ze een permamente constructie op te richten die alleen voor Joden toegankelijk was. De rellen die hierop uitbraken verspreidden zich naar Hebron en Safad. Er vielen 207 doden (87 Arabieren en 120 Joden). De Britten gingen de Arabische opstand met drastische middelen te lijf. Meer dan 1300 mensen, bijna allemaal Arabieren, werden veroordeeld door de Britten. 28 van hen kregen de doodstraf (26 Arabieren en 2 Joden), waarvan na beroep 17 mannen effectief werden opgehangen - allemaal Arabieren. Vanaf nu werd het voor een meerderheid van de Palestijnen duidelijk aan welke kant de Britten stonden. In de ogen van de Palestijnen kon enkel nog een militaire strijd een uitweg bieden en de daaropvolgende jaren werd de Palestijnse onafhankelijkheid door meerdere Arabische fracties bevochten.

Drie Palestijnse martelaren door de Britten ter dood veroordeeld in 1929
 
Amin al-Hoeseinni gold lange tijd als een belangrijke leider binnen het Palestijnse verzet. Hij studeerde aan het Egyptische islamitische centrum Dar al Ulum en stelde zich in 1927 beschikbaar voor het ambt van de Moefti van Jeruzalem. Hij sprak hierop een fatwa uit tegen de verkoop van grond aan zionisten. In 1931 organiseerde hij een pan-islamistische conferentie die alle moslims opriep om Jeruzalem, immers de derde heilige plaats binnen de Islam, te verdedigen tegen de zionistische kolonisatie. Hij steunde verschillende Arabische milities om de zionisten en de Britten in Palestina te bestrijden.

Groot-Moefti van Jeruzalem Amin al-Hoeseinni    
 
 
Een andere belangrijke verzetsbeweging werd opgericht door sjeik Azzedin al-Qassam, de prediker van de AIstiqlal-moskee. Hij was een geboren Syriër, maar was gedwongen het land te ontvluchten vanwege zijn agitatie tegen de Franse bezetter. Al-Qassam zag de Britse bezetter als de hoofdvijand: "Verjaag de Britten en het zionistische project valt in duigen." Hij organiseerde de boeren, arbeiders en ambachtslieden en verklaarde in 1935 aan de Britten en de zionisten de oorlog. Hij sneuvelde in november, maar zijn begrafenis groeide uit tot de grootste betoging die Palestina ooit had gezien. Zijn volgelingem, de Ikhwan al-Qassam, zetten zijn strijd verder. In 1936 wisten zij Jaffa te veroveren en onder hun controle te krijgen, maar na twee weken van Britse bombardementen wisten de Britten de stad (of in ieder geval wat ervan over was) terug in te nemen. In 1937 sloeg de guerillabeweging hard terug en in 1938 wisten zij Nabloes, Jericho, Ber Seba, Jaffa, Akka en de oude stad van Jeruzalem terug in Palestijnse handen te krijgen.
 
 
Sjeik Azzedin al-Qassam
 
 
Als reactie hierop voerden de Britten een ongekende repressie tegen de Arabische bevolking door en begonnen zij de zionistische milities te bewapenen. In juli 1939 was de Arabische revolutie doodgebloed. Het kostte de Palestijnen vele duizenden slachtoffers. De geduchtste nationalisten en de beste politieke krachten waren gesneuveld en het Palestijnse volk ontbeerde echte leiders. Amin al-Hoesseini vluchtte naar Baghdad en later naar nationaal-socialistisch Duitsland, waar hij in ballingschap zijn strijd tegen het zionisme voortzette.

Palestijnse vrijheidsstrijders tijdens de volksopstand van 1936-1939
 






De Tweede Wereldoorlog

Toen de tweede wereldoorlog uitbrak bleef het Brits-zionistische bondgenootschap overeind. In 1939 stelde de leider van de zionistische beweging, Haim Weizmann, tijdens een gesprek met Winstion Churchill al dat de zionisten na de oorlog de Joodse staat Israël wilden uitroepen. Churchill gaf te kennen dit streven volledig te steunen. Vanaf 1939 werd de uitbouw van haar militaire macht de belangrijkste doelstelling van de zionistische beweging. De Europese naties, noch de Verengde Staten waren bereid om Joodse oorlogsvluchtelingen op te nemen. De zionisten maakten hier handig gebruik van om via deze weg steun voor de massale emigratie van joden naar Palestina te krijgen. Het zionistische leger charterde boten om de vluchtelingen naar Palestina te brengen. In 1941 richtte de Zionistische Wereld Organisatie het 'American Palestina Comittee' op, waarmee ze lobbyden voor de snelle uitroeping van een onafhankelijke Joodse staat. Bijna alle Amerikaans-Joodse organisaties schaarden zich achter dit programma. De Amerikaanse president Franklin D. Roosevelt zei de zionisten zijn volledige steun toe.

De zionisten charteren boten om de Joodse massa immigratie naar Palestina te bespoedigen
 
 
Onmiddelijk na het einde van de tweede wereldoorlog stuurden de zionisten aan op een vertrek van de Britten uit Palestina. Zionistische milities voerden aanvallen uit op de Britten en op de Arabische bevolking. De Britten gaven in 1947 te kennen voor het einde van haar mandaat Palestina te willen verlaten en de hulp van de nieuw opgerichte Verenigde Naties (VN) werd ingeroepen. De VN kwam met een plan om het Brits mandaatgebied op te splitsen in een Palestijns en een Joods deel. Met de Palestijnse belangen werd in de plannen van de VN echter geen enkele rekening gehouden. In 1947 vormde de Joden slechts een derde van de bevolking en bezaten ze amper 7% van het Palestijnse grondgebied. Toch wees de VN de zionisten maarliefst 56% (!) van het Palestijnse grondgebied toe. Hiermee werd de bezetting van Palestina door de zionistische entiteit een feit.
 
 
Het onrechtvaardige verdeelplan van de VN - 1947
 
 
De Palestijnen konden vanzelfsprekend dit onrechtvaardige verdeelplan niet aanvaarden, waardoor het wederom kwam tot vijandelijkheden tussen de Palestijnen en zionisten. In het tweede deel zullen we hier verder op in gaan.
 




 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten